De meeste katten hebben 5 tenen aan hun voorste poten, maar slechts 4 ervan raken de grond. De vijfde teen wordt ‘achterteen’ genoemd en zit aan de binnenkant van de voorpoot.
De achterteen is het equivalent van onze duim en wordt gebruikt voor het vastgrijpen van prooien en om in bomen te klimmen.
De achterpoot van een kat heeft 4 tenen die allemaal gebruikt worden om op te lopen.